Waarom laten vrouwen hun ongeboren kind weghalen? Waarom staan (bijna) alle vaders van die baby’s daar achter?
Ik ken een jong stel dat een baby moest krijgen. Zij was misschien 16 of 17 jaar. Hij zal niet veel ouder geweest zijn. Beiden studeerden nog. En natuurlijk waren ze nog niet getrouwd. ‘Het spreekt toch vanzelf dat wij het kind laten weghalen’, zeiden ze, ‘we moeten immers onze studie afmaken. Wat moeten we met een kind?’
Ik kende ook een ander stel. Precies dezelfde situatie. Deze jongelui besloten de consequenties van hun daden moedig te dragen. Ze trouwden en zetten de schouders onder de problemen. Ze maakten een zware tijd door, dat wel. Maar pakten de moeilijke uitdagingen op met God. Wie deze jonge mensen nu ziet, verbaast zich over de kracht waarmee ze zich met hun (inmiddels drie) kinderen door het leven slaan. Niet alleen van hun eigen gezinnetje weten ze wat te maken. Ook mensen buiten de beslotenheid van hun familieleven genieten van de inzet en de levensvreugde van die twee.
Je zou over de principiële en morele bezwaren tegen abortus kunnen discussiëren. We beseffen allemaal wel dat het verboden is te doden. Daar hoef je niet eens christen voor te zijn. Bedenk dan eens hoe wetteloos het eigenlijk is het meest weerloze, het meest tere mensenleven dan wel te doden. Zou hier geen sprake zijn van een dubbel kwaad? Misschien wil men discussiëren over de vraag of zo’n ongeboren kind wel een mens is. Hoe meer de wetenschap zich echter ontwikkelt, hoe beter men zijn gedragingen kan onderzoeken. En hoe duidelijker men tot de ontdekking komt, dat dit prille leven al heel vroeg een eigen persoonlijkheid heeft. Was er ooit een moment in het eerste begin, waarin de vrucht nog geen ‘mens’ was? Niemand kan zo’n moment aanwijzen. Dat moment bestaat dan ook niet. David, de ‘man naar Gods hart’ zegt:
- ‘Want Ú hebt mijn nieren geschapen, mij in de schoot van mijn moeder geweven. Ik loof U omdat ik ontzagwekkend wonderlijk gemaakt ben; wonderlijk zijn Uw werken, mijn ziel weet dat zeer goed. Mijn botten waren voor U niet verborgen, toen ik in het verborgene gemaakt ben en geborduurd werd in de laagste plaatsen van de aarde. Uw ogen hebben mijn ongevormd begin gezien en zij allen werden in Uw boek beschreven, de dagen dat zij gevormd werden, toen er nog niet één van hen bestond’ (Ps.139:13-16).
‘En ik zag uit de zee een beest opkomen’ (Op.13:1a)
Het gemak waarmee men vandaag een kind laat aborteren heeft te maken met de mentaliteit van het grootste deel van de overheden, die graag onder het geweld van het beest uit de zee willen staan. Deze overheden zijn heel erg ‘ik-gericht’. ‘Ik’ maak mijn eigen normen – en die worden weer bepaald door wat ‘ik’ prettig vind. Vooral mensen die graag onder deze overheden leven, hebben geen weerstand tegen moeilijkheden. Bij talloze vrouwen die alles mee hebben, betekent een baby ook vaak een te grote last. Ze kunnen door ‘zo’n kind’ niet meer doen wat ze willen. Ze kunnen zichzelf niet ontplooien. Door hun ik-gerichte levenshouding menen ze een nieuwe (of eerste) baby echt niet aan te kunnen. En dus: abortus!
Wie echter God wil dienen, zal daaruit een sterke stimulans ontvangen. Zo iemand zal niet vanwege zijn egoïsme de moeilijkheden ontlopen, maar er juist de schouders onder zetten in de naam van Jezus. Een waar christen stelt zichzelf niet in het middelpunt, maar de Vader zelf. Door Hem gaat hij anders denken dan de wereld om hem heen. Daar komt bij dat een opnieuw geboren(!) christen weet dat de God die hij of zij liefheeft en dienen wil, hen ook de kracht geeft om dat te doen. ‘Gods kracht openbaart zich juist ten volle in zwakheid’, zegt de Bijbel. Als je voor ‘onmogelijkheden staat’ en de dingen te zwaar voor je lijken, dan juist zal je een extra beroep mogen doen op Gods hulp en zijn ingrijpen.
Als bewijs van zijn bereidheid om de mens te hulp te komen, zond God zijn vleesgeworden Woord (Logos), zijn zoon Jezus Christus, naar deze wereld. Zodat wij weer de mogelijkheid zouden hebben om met God in contact te komen! En door dit contact, kracht en blijdschap zouden ontvangen om in grote problemen grote geestelijke overwinningen te behalen. Als je zo met de Heer Jezus het leven tegemoet gaat, word je een ander mens. Dan durf je het ook aan als een nieuw kindje zich aankondigt – hoe gecompliceerd de situatie ook schijnt te zijn.
Wie in het verleden zich heeft laten verleiden tot het doden van zijn eigen (ongeboren) kind, mag daarmee ook tot God komen. Hij is een rijke, goede Vader, die aan ieder die zijn fouten belijdt (en ze laat!) vergeving schenkt. Die Vader geeft ook vooral de kracht en blijdschap voor iedere moeilijke situatie waar we mogelijk ook nu weer mee geconfronteerd worden. Daar hoeven we niet aan te twijfelen. Immers:
‘Zie, Ik leg in Sion een hoeksteen die uitverkoren en kostbaar is; en: Wie in Hem gelooft, zal niet beschaamd worden!’ (1 Petrus 2:6).