1 Corinthe 8:1-13 ‘En wat de afgodenoffers betreft: wij weten dat wij allen kennis bezitten. De kennis maakt opgeblazen, maar de liefde bouwt op’ 1. Corinthe was een stad met veel heidense tempels en met veel afgoden. In de voorhaven Kenchreeën (Rom.16:1) prijkte het beeld van Poseidon, de oppergod van de zee. >>>>>
Maandelijkse archieven: oktober 2021
1 Corinthe 8:9-13 ‘Maar let erop dat deze vrijheid van u niet op een of andere manier een aanstoot wordt voor hen die zwak zijn. Want als iemand u, die deze kennis bezit, in een afgodstempel aan tafel ziet aanliggen, zal dan zijn geweten, omdat het zwak is, er niet toe aangezet worden om afgodenoffers te eten?’ 9,10. De waarschuwing: pas dan op dat uw vrijheid geen aanstoot gaat worden, zal ongetwijfeld wel bedoeld zijn voor die groep christenen, die zich naar Paulus hadden genoemd. >>>>>
1 Corinthe 8:6-8 ‘toch is er voor ons maar één God: de Vader, uit Wie alle dingen zijn, en wij voor Hem en één Heer: Jezus Christus, door Wie alle dingen zijn en wij door Hem’ 6. Er is voor de christen maar één God, namelijk de Vader die in de hemelen is. Deze is geest en vol creativiteit. Hij heeft alles bedacht en uit Hem is alles voortgekomen: ‘Wie bestuurde de Geest van de Heer en onderwees Hem als zijn raadsman? >>>>>
Wie naar Möttlingen wil, moet flink klimmen. Dit vriendelijke boerendorpje ligt in de Noordelijke uitloper van het Zwarte Woud, op 531 meter boven de zeespiegel. In 1842 werden daar plotseling op de meest spectaculair wijze de sluimerende krachten van het Koninkrijk van God openbaar. Toen ds. J.C. Blumhardt op 31 juli 1838 zijn intrede deed, woonden er slechts 535 mensen. >>>>>
Efeziërs 4:1-6 ‘Ik, die gevangen zit omdat ik de Heer dien, verzoek u dringend: leid een leven dat in overeenstemming is met uw roeping’ 1. Opnieuw richt Paulus zich tot de geadresseerden als ‘gevangene omdat hij de Heer dient’. Hij is er trots op, want hij lijdt niet als een crimineel, maar als een volgeling van Jezus Christus. >>>>>
Efeziërs 4:7-10 ‘Maar aan ieder van ons afzonderlijk is de genade gegeven, naar de mate, waarin Christus haar schenkt’ 7. Maar ieder van ons in de gemeente heeft zijn eigen roeping om op een bepaalde plaats en met een bepaalde taak te functioneren. Christus, het hoofd van de gemeente, roept iemand en Hij voegt aan deze roeping genade (charis) toe, dit wil zeggen bijpassende geestelijke gaven, die nodig zijn om de taak uit te voeren. >>>>>
Abraham en Isaäk – (Titiaan 1487/90-1576) – Santa Maria della Salute, Venetië De geestelijke en letterlijke opvatting Een van de gevaarlijkste principes bij het lezen van de Bijbel wordt wel uitgedrukt door te zeggen dat men moet lezen wat er staat en dat men de vervulling van de profetieën letterlijk in de natuurlijke wereld moet verwachten. Deze opvatting zou dan speciaal gelden voor een eindtijdverwachting en voor de betekenis van een verzonnen ‘zaad van Abraham’. >>>>>
Definitieve scheiding Nadat de valse kerk ingestort is en haar leiders aan de kant worden gezet, breekt een algemeen gejammer uit. Dan worden de overigen erg bang en geven de God van de hemel eer (Op.11:13 en 18:9-20). Maar dan is het te laat. De gemeente van Jezus Christus is opgenomen. De definitieve scheiding tussen de uitverkorenen van God en de verworpenen heeft nu plaats: >>>>>
‘Dit geheim is groot, maar ik spreek met het oog op Christus en op de gemeente’ (Ef.5:32). De apostel Paulus laat in hoofdstuk 5 van de Efezebrief vanaf vers 25 zien waarom het gaat: de verhouding in het aardse huwelijk is een beeld van de aanstaande bruiloft van Christus en zijn gemeente met God de Vader (1 Cor.15:28). >>>>>
Jacobus 3:13-18 13: ‘Wie is wijs en verstandig onder u? Laat hij door zijn goede levenswandel zijn werken laten zien’ Waarom begint Jacobus nu onverwacht te vragen wie wijs en verstandig is, nadat hij eerst aangetoond heeft dat goede werken noodzakelijk zijn en dat alleen iemand die zijn tong in bedwang kan houden, geschikt is om anderen te onderwijzen? >>>>>