Judas: 11-25 ‘Wee hen, want het zal slecht aflopen met die slechte mensen. Ze zijn de weg van Kaïn ingeslagen. En ze liegen als ze er geld mee kunnen verdienen, net als Bileam. En net als Korach zullen ze sterven omdat ze in opstand gekomen zijn’ 11. Judas laat nog een keer een waarschuwend ‘wee hen!’ horen. Zij konden beter weten, want ze hebben het evangelie gehoord, maar wanneer ze daarnaar niet luisteren, doen ze als Kaïn, die ook gewaarschuwd was. Kaïn wist dat als hij goed zou doen, er bevrijding voor hem was. Toch bleef hij boos. >>>>>
Maandelijkse archieven: februari 2021
Judas: 3-10 ‘Geliefden, toen ik mij er met alle inzet toe zette u te schrijven over het gemeenschappelijke geluk, werd ik genoodzaakt u te schrijven met de aansporing om te strijden voor het geloof dat eenmaal aan de heiligen overgeleverd is’ 3. Het was Judas’ bedoeling, toen hij deze brief schreef, om de broers en zussen op te bouwen. Hij wilde hen nog eens attenderen op het gemeenschappelijke geluk: de redding door Jezus Christus. Het evangelie van Jezus Christus had hen al veel gebracht en zou nog meer geluk brengen. Geluk is: afzondering van het kwaad, toewijding aan de Heer, maar ook gezondmaking en herstel. >>>>>
De schrijver van deze laatste brief, die in de nieuwtestamentische canon (lijst van boeken) is opgenomen, is Judas, een broer van Jacobus. Hij is dus niet de apostel Judas, de zoon van Jacobus, van wie bijvoorbeeld in Handelingen 1:13 gesproken wordt. Hij is een halfbroer van Jezus en een broer van Jacobus. Jacobus was de schrijver van de brief Jacobus en in de oudchristelijke kerk was hij een leidinggevende figuur, in het bijzonder in de gemeente te Jeruzalem. >>>>>
Openbaring 13:1,2 ‘En ik zag uit de zee een beest opkomen,’ 1a. De eerste vraag die opkomt is: wie is het beest? Johannes onthult niet alleen in zijn Openbaring ons het geheim van het antichristelijke rijk, hij spreekt er ook over in zijn brieven. Het beest uit de zee – dat bij het ondergaan van de eerste schepping naar de afgrond van het dodenrijk moest vluchten – werd daaruit weer opgeroepen door o.a. Cham, de vader van Kanaän, Nebopolasser en Nimrod. >>>>>
Het duurt nog even voor het carnaval weer haar hoogtepunt bereikt op Vastenavond. Maar de steden en dorpen in het zuiden lopen er nu al warm voor. Dankzij de media ‘mag’ iedereen nu al meegenieten. Verkleedkleren en maskers worden overal al aangeprezen. Deze verklede en gemaskerde mensen hebben ons iets te zeggen. Zij laten zien wat er speelt binnen de katholieke kerk: de geestelijke zaken worden verborgen. >>>>>
Hugenotenkruisje I.v.m. dit onderwerp eerst een stukje familiegeschiedenis. Ik was nog een kind toen mijn moeder het graf van haar vader wilde bezoeken. Niet alleen, maar met haar hele gezin. Ik herinner mij dit nog als de dag van gisteren. Zo stonden wij dan aan dat graf. Opa was allang dood; hij was gestorven door een ongeluk, wat mogelijk een onuitwisbare indruk op mijn moeder achtergelaten heeft. >>>>>